Waar is ons geld?

Door Nina de Winter
Lijst Calimero vraagt zich af waar het geld van afgeschafte basisbeurs naartoe is gegaan. Bij het afschaffen van de studiefinanciering beloofden de minister van onderwijs en de universiteiten dat dit geld extra wordt geïnvesteerd in de kwaliteit van het onderwijs. Helaas profiteren huidige studenten hier nauwelijks van.

In 2015 is na een jarenlange discussie definitief besloten de basisbeurs af te schaffen. In plaats daarvan bestaat nu de wet studievoorschot hoger onderwijs. De basisbeurs zou echter niet zomaar komen te vervallen. Er werd 1 miljard euro aan extra investeringen beloofd. Dit geld moet structureel vrijkomen vanaf 2018. Tussen 2015 en 2018 moeten de universiteiten daarom investeren in onderwijs om de studenten tegemoet te komen die nu al geen stufi meer krijgen. Dit zijn de zogenoemde voorinvesteringen. Bovendien is beloofd dat de medezeggenschap hierbij zou worden betrokken. Vanaf 2016 heeft de medezeggenschap instemmingsrecht op de hoofdlijnen van de begroting. De minister beoogde hiermee de betrokkenheid bij de besluitvorming over de voorinvesteringen te vergroten. Helaas is de informatie over de daadwerkelijke voorinvesteringen wat ons betreft nog steeds minimaal. Dit wordt bemoeilijkt door het feit dat geplande investeringen mogen worden geplaatst onder de noemer voorinvesteringen. Eigenlijk zijn dat dus geen extra investeringen, maar bestaande investeringen onder een ander naam.

Om meer inzicht te krijgen in de voorinvesteringen hebben we vorige week het College van Bestuur gevraagd om een duidelijk overzicht. De voorinvesteringen zijn namelijk niet zomaar terug te vinden in de begroting. Helaas bleef een duidelijk antwoord uit. Het College van Bestuur heeft ons verteld dat ze 2 miljoen investeren in onderwijs, 1 miljoen in onderwijsgerelateerd onderzoek en 2 miljoen in studiefaciliteiten. De investering voor studiefaciliteiten vinden we terug in de verbouwing van de Universiteitsbibliotheek. Deze investering stond echter al langer op de planning.

Een deel van de investeringen is volgens het College van Bestuur terug te vinden in de investeringsagenda. De uitvoering hiervan ligt nu in handen van de faculteiten. Faculteiten moeten vooral investeren in het verbeteren van het student/staf ratio. Deze investering kost echter jaren. Het is niet makkelijk om het student/staf ratio zomaar te verbeteren en het aannemen en opleiden van academisch personeel is moeilijk en kost tijd. Het komt er dus eigenlijk op neer dat de huidige studenten, die al wel de dupe zijn van het afschaffen van de studiefinanciering nauwelijks voordelen ervaren van de investeringen. Dit baart ons grote zorgen.

Wij zijn niet de enige die zich zorgen maakt over de voorinvesteringen. Een jaar geleden zijn dezelfde zorgen al geuit door het Interstedelijk Studenten Overleg. De Tweede Kamer heeft al meerdere malen Kamervragen gesteld over de voorinvesteringen en momenteel wordt er ook een onderzoek gedaan door de Algemene Rekenkamer naar de voorinvesteringen.

Helaas is er nu ook veel onduidelijk over de beloofde structurele investeringen. Waar eerst nog werd gesproken over een bedrag van 1 miljard om te investeren wordt nu al gesproken over een bedrag van 600 miljoen. We hopen dat de minister in het voorjaar de investeringen toevoegt aan de meerjarenraming. Dan kunnen we deze in 2018 terugzien op de begroting van de RUG. Bovendien hopen we via het jaarverslag van 2016 meer inzicht te krijgen in de investeringen die het afgelopen jaar zijn gedaan. De studentenfractie van Lijst Calimero zit bovenop de ontwikkelingen op het gebied van voorinvesteringen. Studenten die nu studeren moeten ook kunnen profiteren van beter onderwijs, zij krijgen immers ook geen studiefinanciering meer.